Ik ben een groot voorstander van zoete rijst. Of het nu kleefrijst met mango, rijstepap of vlaai is, ik vind het heerlijk. Daarnaast is het ook nog eens super makkelijk om zelf te maken. Als je geen vlaaipan hebt kun je hem natuurlijk ook in een andere vorm maken.
Zelf hou ik niet van teveel slagroom, dus gebruik ik wat minder, maar als je dat wel lekker vind moet je vooral de dubbele hoeveelheid maken. Daarnaast vind ik dat pure chocolade het lekkerste smaakt bij rijstevlaai, maar je kunt natuurlijk ook melk of wit gebruiken of vruchten.
Ingrediënten
Voor het deeg
> 315 gram patentbloem
> 30 gram verse gist (of 7gram gedroogde gist)
> 30 gram witte basterdsuiker
> 125 gram roomboter
> 150 gram volle melk
> 15 gram vruchtenbroodpoeder (optioneel)
> 6 gram zout
Voor de vulling
> 160 gram banketbakkersroom
> 2 eieren
> 10 gram roompoeder of custardpoeder
> 100 gram dessertrijst
> 500 mL volle melk
> 1 vanille stokje
> 1 el witte basterdsuiker
> mespuntje zout
Voor de topping
> 250 mL slagroom
> 2 el fijne kristalsuiker
> Reep pure chocolade of kant en klare chocolade krullen
Bakgereedschap
> Pan (en warmtebron)
> Vlaai pan Ø 28 cm
> Mengkom
> Deegroller
> Oven
Bereiding
Voor de vulling maak je eerst de rijstepap. Breng hiervoor in een pan de melk aan de kook. Snijd het vanillestokje open en schraap met je vinger het merg eruit. Voeg het vanille merg, het stokje, de dessertrijst, de witte basterdsuiker en het zout toe aan de melk en breng het al roerend opnieuw aan de kook. Zet het vuur laag en kook de rijst in ongeveer 12 minuten gaar onder af en toe roeren.
Begin hierna met het maken van het deeg voor de bodem, dan kan de rijstepap een beetje afkoelen. Hiervoor doe je alle ingrediënten in een kom. Kneed tot een zacht en soepel deeg dat niet meer plakkerig is. Kneed het niet te lang door, want dan word het deeg elastisch waardoor het moeilijker uit te rollen is. Vorm je deeg tot een bol, rol het uit en bekleed de vlaaipan er mee. Als je deeg over hebt kun je dit ook invriezen voor later (bijvoorbeeld voor mini rijstevlaaien). Belangrijk is om het bevroren deeg een dag voor je het wilt gebruiken uit de vriezer te halen en in de koelkast te leggen. Je kunt het deeg de volgende dag koel verwerken.
Verwarm de oven voor op 200˚C en ga verder met de vulling. Pak de rijstepap erbij en verwijder eerst het vanille stokje. Voeg daarna de banketbakkersroom toe. Roer dit goed door en voeg vervolgens een voor een de eieren toe. Voeg als laatste de roompoeder of custardpoeder toe.
Giet de vulling in de beklede vorm. Schuif deze in de oven en bak de vlaai in 40-45 minuten met boven en onder warmte tot de vulling gestold is. Laat de vlaai in de vorm voldoende afkoelen voordat je hem eruit haalt en op een rooster verder laat afkoelen.
Als de vlaai helemaal is afgekoeld, kun je de slagroom opkloppen met de suiker en aanbrengen op de vlaai. Dit kun je het best kort voor serveren doen, dan blijft hij het beste in vorm en op smaak. Voor het chocolade schaafsel leg je reep pure chocola met de gladde kant naar boven. Met een kaasschaaf haal je er een plakje af en krijg je een mooi schaafsel. Ik heb kant en klare krullen gebruikt van Callebaut.
De vlaai kun je afgedekt in de koelkast zo’n 2 tot 3 dagen bewaren. Op kamertemperatuur smaakt rijstevlaai hij het lekkerst, dus haal hem er een uurtje voor serveren uit de koelkast.