De structuur van deze honingkoekjes is te bepalen met de baktijd. Bak je ze iets korter, dan lijkt de structuur een beetje op cake of spekkoek. Als je ze wat langer bakt, krijg je een hard, knapperig koekje.

Aangezien mijn oude Nederlandse buurman imker is, heb ik uitgebreid kunnen genieten van (h)eerlijke Nederlandse honing. Dat betekend ook dat ik er (experimenteel) mee heb kunnen bakken. Deze koekjes zijn een van de resultaten.

Ingrediënten voor ongeveer 30 koeken
> 315 gram bloem
> 180 gram honing
> 125 gram boter
> 50 gram kristalsuiker
> 10 gram bakpoeder
> 4 ml vanilleextract
> 1 tl gemalen gember
> 1 tl gemalen nootmuskaat
> 1 ei (M)
> 1 gram zout

Bakgereedschap
> Pan en hittebron
> Oven met bakplaat en bakpapier
> Mengkom
> Spuitzak of 2 lepels

Bereiding
Zet een pan  op het vuur en verwarm de honing samen met de boter en de suiker tot alles volledig is opgelost Laat dit vervolgens afkoelen. Klop het ei los samen met de vanille extract. Voeg aan dit eimengsel de gemberpoeder, nootmuskaat en het zout toe.

Als het honingmengsel is afgekoeld, roer je het eimengsel er doorheen. Als het honingmengsel nog te warm is, zal je ei al gaan stollen en zul je stukjes gekookt ei in je beslag krijgen. Als alles goed gemengd is voeg je de bakpoeder en de bloem toe en roer je dit door tot een dun en druiperig deeg.

Verwarm je oven voor op 175°C.  Schep de koekjes op de plaat (of gebruik een spuitzak). Laat hierbij 5 cm ruimte tussen de koekjes. Bak de koeken 10 tot 15 minuten in de oven Hierbij heb je bij 10 minuten zachte koekjes met een bijna cake-achtige structuur. Als je ze 15 minuten bakt, zul je hardere, meer knapperige koekjes krijgen.